Category Archives: huis

Hoera, het regent!

Standard

Ik geef toe: zelfs als natuur- en tuinliefhebster erken ik dat de regen ook na zoveel droogte nadelen heeft 😉 Zo ligt mijn laminaat weer vol met modderige hondenpootjes. Want hoe goed ik mijn trouwe maatje ook af droog na een wandeling, die pootjes blijven zwart afgeven…!

Maar oh, wat een zegen, die regen! De natuur kreunde, gilde, smakte, smulde en komt eindelijk tot leven. Morgen nog een (incidenteel, helaas) dagje met 20 graden er overheen en het feest is compleet! De sierappeltjes vertonen groene “flodders” en de narcissen beginnen massaal te bloeien, ook de “normale grote”. Ook in het bos zitten de struiken steeds voller met groene puntjes en floddertjes en ik zag de knoppen in de bomen zwellen! Was de natuur vorige week nog vrijwel volkomen winterkaal, nu begint er echt schot in te komen!

De pimpelmezen, die vorige week het nestkastje hebben gevonden terwijl ik de hamer waarmee ik dat heb opgehangen nog in mijn handen had, nestelen nog niet. Ik vraag me zelfs af of er al een koppeltje in zit, zie het verschil niet tussen een damesmees en een herenmees. Maar er vliegt onafgebroken een mees in en uit. Ik geloof niet dat die al nestmateriaal mee heeft (ik ben dringend aan een betere bril toe…) maar zoals de legendarische Frits van Egters ooit zei: “Het is gezien. Het is niet onopgemerkt gebleven.”

De tuin heeft de laatste tijd al meer vogels dan voorheen (voor zover je van “voorheen” kan spreken, ik woon hier net een jaar). Merels waren er altijd al volop en broeden doen ze ook fanatiek! En ook wat musjes, maar het zijn er echt meer geworden. En af en toe 1-2 roodborstjes, mezen, een zeldzaam vinkje en vorige maand zelfs groenlingen!

Van de Lidl-bollen die ik vorig jaar september (een heerlijke verjaardagsmaand voor bollenliefhebbers!) heb ik enorm plezier. De tulpen lopen wel erg achter, de botanische beginnen pas sinds gisteren knoppen te krijgen, maar de gemengde hyacinthen blijken niet alleen maar standaard karmijn-blauw-wit te zijn: de eerste bloem die momenteel opent is een prachtig zachtroze exemplaar!

En ook heel fijn om te zien: de kogelprimula, die ik vorig jaar tijdens de verhuizing kocht omdat er een prachtige vlinder op zat, is heel snel uit de grond gekomen (in vreemde bleekgroengele pieken!) en tot bloei gekomen! En ze breiden zich blijkbaar ook uit, al is het niet zo fanatiek als de scharnierbloem en de asters, want ik zie twéé planten…!

De tuinbonen beginnen eindelijk aarzelend boven de grond te komen, maar de wortels en uien die ik in maart heb gezaaid nog niet. Het is maar afwachten of die de schrale oostenwind van vorige maand hebben overleefd…

Tenslotte staat mijn vensterbank vol goed gekiemde afrikanen, die zelfs al bloemknoppen laten zien! En een bakje leeuwenbekken en primula’s die dringend verspeend moeten worden. Plus kruiden: basilicum, platte peterselie, bieslook en tijm. In mijn la ligt nog wat zaad dat in de koude grond kan. Laat die warme zondag maar komen…!

Stilte

Standard

Als ik dit schrijf, zit ik volledig zonder stroom en verwarming.

Nee, niet schrikken. Er is geen ramp gebeurd, ik ben niet ingesloten door een blizzard en ik heb keurig op tijd mijn gas en licht betaald. Het is heel simpel: ik krijg een nieuwe elektriciteitsmeter.

Het was van tevoren keurig aangekondigd, geplande tijd: anderhalf uur, en klokslag half 1 gingen de stroom en de verwarming eruit. Ik zat al klaar met een opgeladen laptopaccu, een dekentje en een kop koffie (want ook de senseo zou even plat liggen).

En toen werd het stil.

Wat is er eigenlijk een hoop ruis in huis, realiseerde ik me! Niet eens radio en tv, die kan ik uitzetten. Maar bijvoorbeeld het ventilatiesysteem. Zelfs op de zachtste stand zoemt die zachtjes. Zachtjes. Maar hij zoemt wel. Geluid is altijd aanwezig. Dat merk je pas als je het niet meer hoort!

Nu zoemt alleen de ventilator van mijn laptop. Voor de rest is het heerlijk, ongekend stil.

En opeens moet ik aan vroeger denken, toen er nog geen ventilatiesystemen en zo waren. Ik ben dankbaar dat het er is tegenwoordig, laat dat duidelijk zijn! Maar échte stilte, echt even helemaal primitief niks… Wat zijn we dat ontwend inmiddels…!

Als je dit leest zijn we een kwartier verder en is hij alweer klaar. Nog geen drie kwartier werk, netjes! De ventilator zoemt weer. De koelkast en diepvries in de bijkeuken zijn aangeslagen. De verwarming komt tikkend tot leven. Het gewone 21e eeuwse leven is weer aangebroken. De Flow had ik nog lang niet uit, maar de verplichtingen roepen weer. Als er geen stroom is mogen die even stilliggen.

Eigenlijk iets om over na te denken… Zouden we door al die moderne dingen en mogelijkheden juist meer “moeten”…? Zou zo af en toe een stroomonderbreking bijdragen tot meer onthaasten, terug naar onszelf?

Ontdek je plekje

Standard

https://i0.wp.com/www.beeldengeluidwiki.nl/images/9/91/Ontdekjeplekje.jpg

Ik heb met mijn verhuizing heel veel dvd’s weggedaan wegens “kijk er toch niet naar/is al genoeg op tv te zien”. Eén van de weinige die ik wél heb bewaard is de cd-box van Ontdek je Plekje. Tussen 1972 en 1993 werden er regelmatig kleine afleveringetjes uitgezonden door de AVRO. Er werd dan een pittoresk dorpje of stadje getoond, waarbij men zo consequent mogelijk auto’s en personen buiten beeld probeerde te houden (zodat achteraf dateren bijna onmogelijk is geworden), terwijl Joop Schelten op tongue-in-cheek-stijl heel wat informatie verstrekte over luisterrijk gelegen kastelen, rivieren met een wijds uitzicht, leuke hoekjes en schilderachtige kerkjes met idem kerkhofjes: “Je kunt ook stijlvol dood liggen.”

Het waren, toen al, geliefde momentjes van rust. Nog geen 10 minuten lang, met een intro en een uittro die in die jaren al charmant gedateerd waren (een geschilderd bordje met de aftiteling in het groen of tegen een eeuwenoud geveltje).

Gelukkig was men heel wat voorzichtiger met deze opnamen dan met die van Hamelen of Ja Zuster Nee Zuster (nog maar fragmenten van over) of Boerin In Frankrijk (helemaal niets meer van over), en dit is inmiddels op DVD verschenen. Verwacht geen topkwaliteit, de uittro’s worden soms bot afgekapt en sommige opnamen beginnen een beetje jankend (een pré-digitaal probleem, vermoed ik). Ook zijn een aantal afleveringen wat verkleurd, bijvoorbeeld met een oranje zweem. Maar dat mag de pret niet drukken.

Hoewel de vroegste opnamen al bijna 40 jaar oud zijn en de technische tand des tijds regelmatig zichtbaar is, zijn de opnamen zélf opmerkelijk tijdloos. Men heeft zijn uiterste best gedaan tijdgebonden elementen als auto’s en mensen (in de mode van toen) te vermijden. Dat lukt niet altijd, maar vaak wel.

Er waren destijds meer van dat soort programma’s op televisie. De NCRV had Kerkepad en Weg van de Snelweg. Ook leuk, maar helaas is daar nog maar weinig van terug te vinden. Ontdek je Plekje is nog deels te vinden op Youtube. En (voor zover ik weet) volledig op DVD (7 diskjes).

https://i0.wp.com/productimages.wehkamp.nl/is/image/Wehkamp/275872_pb_01/2009artikelDetailVisualLandscape/ontdek-je-plekje-(dvd).jpg

Joop Scheltens is op 8 maart 1993 op 69-jarige leeftijd overleden en daarmee kwam er een eind aan zo’n twintig jaar miniportretjes van pittoreske dorpen en steden in Nederland.

Het is, nog steeds, heerlijk ontspannend om een schijf in de dvd-speler te schuiven, naar de stem en de rustgevende klassieke muziek te luisteren, en de beelden van eeuwenoude gebouwen, lieflijke watertjes en luisterrijke tuinen (die bloemen kwamen váák terug!) te bekijken. Goedkoper dan therapie, en gegarandeerd minder bijwerkingen dan antidepressiva!

Thuisgekomen

Standard

Mijn woonplaats heeft, volgens de Stentor van enkele jaren geleden, een “flets imago”. Dat wil niet zeggen dat dat werkelijk zo is, maar de mensen willen nou eenmaal graag geloven wat ze willen geloven. En dat is bijvoorbeeld dat Dronten een flets, saai dorp is in een winderige polder (want men denkt nog steeds dat het er hier uit ziet als begin jaren zestig, toen het net droog lag en de eerste huizen verschenen op een eindeloze, koude vlakte).

En wat mij betreft mag Dronten zo blijven. Wat anderen flets noemen, vind ik heerlijk relaxed. Ik heb jaren in Almere gewoond, op zich een prima stad, maar het Stadshart, de natte droom van elke architect, werd in de praktijk een winderige heuvel waar je met je kinderwagen of rolstoel moeilijk tegenop komt als de wind rechtstreeks vanaf het Weerwater door de gebouwen heen perst. Op koopavonden is het er doodstil, op enkele intimiderend kijkende jongeren na. Een winkeleigenaresse daar vertelde me ooit dat die nog wel eens groepsgewijs een winkel inliepen, een hand vol waar meenamen en zonder te betalen weer vertrokken, met een air van “en heb het hart eens om me tegen te houden!”

En ik zou liegen als ik zei dat het mee viel met de criminaliteit. Inbraken en (woning)overvallen kwamen helaas regelmatig voor, ik heb in mijn eigen wijk verschillende malen schietpartijen gehad (gelukkig niet meegemaakt omdat ik toen net weg was), er was veel vandalisme en diefstal en de tolerantie ten opzichte van elkaar werd er niet beter op toen een omstreden politieke partij in de gemeenteraad kwam te zitten en bevolkingsgroepen tegen elkaar uit probeerde te spelen.

Toch heb ik het naar mijn zin gehad in Almere. De wijken waren ruim opgezet, het jonge groen groeide snel genoeg om nieuwe wijken een prettig aanzien te geven en er was altijd wel een park of bos in de buurt. Maar als je afhankelijk bent van goedkope huur, is Almere een rechtstreekse ramp. Nadat ik jaren met mijn kinderen in een onaanvaardbaar kleine woning had gewoond en zelfs maatschappelijk werk geen poot aan de grond kreeg voor woonverbetering, kreeg ik op een dag een ingeving: waarom ga ik niet naar Dronten? Omdat blijkbaar geen hond daar wil wonen, zijn de huren laag en de wachtlijsten kort. Iets waar tijdens de recente crisis ook verandering in begint te komen, maar ik had mijn ingeving precies op het juiste moment gekregen en anderhalf jaar na inschrijving kreeg ik de sleutel van een net gerenoveerde woning in Oud Dronten, die net goedkoper qua huur was dan mijn driekamerflatje in Almere, waar we met ons voor 66,6% uit Aspergers bestaand gezin na ruim zes jaar op elkaars lip tussen de wasrekjes leven al lang snakten naar wat meer “personal space” en ook: een tuin!

Ik heb er geen dag spijt van gehad dat ik daar ben gaan wonen, ook al woon ik nu verder van mijn familie vandaan. Hier voel ik me thuis, al heb ik nooit echt “roots” hier gehad. Op een oudtante na, die op de Morinel kwam te wonen toen die net was opgeleverd en alweer jaren geleden is overleden. Daar ben ik één maal geweest, meestal kwam zij naar ons toe, dus Dronten was verder een onbekend avontuur voor me.

En ik voelde me er meteen thuis.

Dronten geeft me de rust die ik zoek. Ik weet dat het een gruwel is in de ogen van veel Nederlanders, maar het ademt nog iets uit van de jaren zeventig en tachtig. Dat voelt veilig, vertrouwd, als vroeger. De wijk waar ik woon is, na het centrum, het oudste deel van Dronten en is in de jaren zestig gebouwd. Het doet me heel sterk denken aan de Hilversumse Riebeeck in de jaren zeventig, waar mijn oma destijds woonde. De tuintjes stralen ook nog iets nostalgisch uit. Niet de moderne terras- en tegeltuinen, maar echt tuinen met planten en bloemen en struiken en bomen, waar de meeste mensen nog schoffelen en harken en snoeien. Wat overigens minstens zo gezond is als een bezoekje aan de sportschool, is me ooit verteld. En ik vind het ook nog eens leuker dan zwoegen op een apparaat.
Er is een nieuwbouwgedeelte, maar daar kom ik eigenlijk nooit. We hebben hier alles bij de hand op nog geen 500 meter van huis. Vier supermarkten, de bekende standaardwinkels zoals Blokker en Kruidvat natuurlijk, maar ook nog een echte kaas/-notenboer, groenteboer en banketbakker. Wat kan je je nog meer wensen? Oké, een Action misschien, met een fietslampjes verslindend huishouden…!

Mijn nieuwe huis (gebouwd in 1964 en recentelijk ingrijpend gerenoveerd) ligt vlakbij het stadsbos, dat in 1963 (een jaar na de “geboorte” van Dronten) werd aangelegd, later wel is aangepast met wat meer park-achtige delen, maar inmiddels aardig volwassen is geworden. Als je er loopt vergeet je je vooroordeel dat Flevoland een kale, winderige kleivlakte is!

Die wandelingen bevielen me zo goed, maar ik had een stok achter de deur nodig. En op een dag besloot ik dat er een hond kwam..